Iran voert 260 executies uit in november – hoogste maandcijfer in twintig jaar
Iran heeft in november een schokkend hoog aantal executies voltrokken: minstens 260 gevangenen werden ter dood gebracht, het hoogste maandelijkse aantal in de afgelopen twee decennia. Dat meldt de Hengaw Organization for Human Rights, die waarschuwt voor een drastische escalatie van het gebruik van de doodstraf in het land. Vergeleken met november 2024 betekent dit een stijging van 106 procent, toen 126 executies werden geregistreerd.
Hengaw wist de identiteit van 257 van de geëxecuteerden te verifiëren. Opvallend is dat geen van de executies politieke of religieuze gevangenen betrof, wat volgens mensenrechtenorganisaties niet wegneemt dat het gaat om een extreem hoog en zorgwekkend aantal.
Onder de geëxecuteerden bevonden zich minstens zeven vrouwen. Vier van hen — Mitra Zamani (Khorramabad), Kobra Rezaei (Yazd), Qomri Abbaszadeh (Sari) en Mahin Rahimi (Mashhad) — werden ter dood gebracht wegens voorbedachte moord. De andere vier vrouwen — Zahra Mirghafari (Hashtrud), Zahra Khan-Babaei (Bandar Abbas), Shawkat Veysi (Damghan) en Mina Sadoughi (Karaj) — waren veroordeeld voor drugsmisdrijven.
Een bijzonder zorgwekkend aspect is dat slechts twee van de 260 executies officieel zijn aangekondigd door staatsmedia of gerechtelijke websites. De overgrote meerderheid werd in stilte voltrokken, wat volgens Hengaw wijst op een bewuste strategie om publieke aandacht te vermijden. Vier gevangenen werden zelfs in het geheim geëxecuteerd zonder hun families vooraf te informeren, waardoor zij geen laatste bezoek mochten ontvangen.
Iran blijft daarmee een van de landen met de hoogste aantallen executies ter wereld — een positie die volgens internationale mensenrechtenorganisaties steeds schrijnender wordt door het gebrek aan transparantie en het structurele misbruik van de doodstraf.
