Canada houdt deur naar Iran dicht terwijl debat over mensenrechten oplaait
Minister Anita Anand bevestigt dat Canada geen plannen heeft om diplomatieke relaties met Iran te herstellen en benadrukt dat kernnon-proliferatie prioriteit heeft. Senatoren vrezen dat Ottawa mensenrechten ondergeschikt maakt aan economische belangen met Golfstaten, maar Anand stelt dat Canada’s buitenlandse beleid nog steeds is gebaseerd op democratie, mensenrechten en gendergelijkheid.
Make it stand out
De Canadese minister van Buitenlandse Zaken, Anita Anand, maakte tijdens een hoorzitting in de Senaat duidelijk dat Canada voorlopig geen plannen heeft om de diplomatieke relaties met Iran te herstellen. Volgens Anand ligt de prioriteit bij het voorkomen dat Iran kernwapens ontwikkelt en het stimuleren van diplomatieke betrokkenheid met landen zoals de Verenigde Staten en Frankrijk. Een heropening van de ambassade, die in 2012 door de regering-Harper werd gesloten, staat niet op de agenda.
Verschillende senatoren uitten zorgen dat Canada zijn internationale inzet voor mensenrechten verwaarloost, vooral nu de regering-Carney meer economisch samenwerkt met Golfstaten zoals de Verenigde Arabische Emiraten. Anand wees deze kritiek af en benadrukte dat “Canadese waarden onze noordster zijn” en dat mensenrechten centraal blijven staan in zowel diplomatie als ontwikkelingshulp. Ze onderstreepte dat Canada een “onwrikbare” inzet toont in multilaterale instellingen zoals de Verenigde Naties.
Toch uitten senatoren twijfels over de coherentie van deze waarden in het buitenlandbeleid. Premier Mark Carney had kort daarvoor verklaard dat Canada geen uitgesproken “feministisch buitenlands beleid” meer hanteert, hoewel feministische waarden nog steeds richtinggevend zijn. Senator Mary Coyle vroeg zich af waarom de terminologie wordt losgelaten en of de Feminist International Assistance Policy in gevaar is. Anand hield vol dat feminisme een kernwaarde blijft, maar gaf volgens Coyle geen duidelijk antwoord op de koerswijziging van de regering.
Daarnaast stelden senatoren kritische vragen over Canada’s toenadering tot de VAE zonder publieke kritiek op hun vermeende steun aan een militie in Soedan die volgens de VS genocide pleegt. Conservatieve senatoren vrezen dat Ottawa economische belangen boven mensenrechten stelt. Anand bevestigde dat ze mensenrechten “heeft aangekaart” in gesprekken met haar Emirati tegenhangers, maar specificeerde niet of Soedan expliciet aan bod kwam.
Tijdens de zitting klonk bredere kritiek dat Canada zijn morele leiderschap dreigt te verliezen. Bloc Québécois-parlementariër Alexis Brunelle-Duceppe beschuldigde de regering er zelfs van “zwijgend lucratieve deals” te sluiten met regimes die mensenrechten schenden. Anand weersprak dit fel en stelde dat diplomatie niet betekent “onder een steen kruipen”, maar juist moeilijke gesprekken voeren om Canadese belangen én waarden te verdedigen.
Ook ontstond discussie over Canada’s rol in internationale fora. Senator Yuen Pau Woo vroeg of Canada zou eisen dat president Trump Zuid-Afrika toelaat tot de G20-top in 2026 in Miami, iets dat Trump heeft overwogen te blokkeren. Anand gaf geen direct antwoord maar herhaalde dat Canada multilateraliteit steunt.
Opvallend was dat Anand vrijwel alle Engelstalige vragen in het Frans beantwoordde, wat enkele senatoren verbaasde. Eerder gebruikten ministers dat als strategie om virale oppositiefragmenten op sociale media te voorkomen.
Uiteindelijk bevestigde Anand dat Canada zowel strategisch als pragmatisch te werk gaat: economische en veiligheidsbelangen dienen, maar altijd geworteld in democratie, mensenrechten, gendergelijkheid en een internationale rechtsorde.